In alle haast kwam ze aangereden.
Talia had enkele uren geleden de brief gekregen dat het kasteel was gerenoveerd.
dit moest ze met eigen ogen zien.
nog geen 2min na het ontvangen van de brief, gaf ze haar paard al de sporen.
langzaam komt ze uit de wouden bij het kasteel gereden.
het zag er prachtig uit.
ze kan haar mond niet dichthouden van de pracht en praal.
als ze bij het poort komt, blijft deze omhoog staan.
O jee, dacht ze, wat nu?
ze begon al achteruit te gaan om een sprong over de slotgracht te wagen als ze uit het raam het goede vertrouwde gezicht van de gouden gezicht van Ghislenus ziet.
Hey Ghislenus,
zou je de poort kunnen opendoen?
zegt talia met een warme stem tegen hem.